Van het hoofd naar het hart

wandelschoenen

Hou jij ook zo van reizen? Ik wel, hoewel ik er later mee begon dan de meeste anderen. Ik heb in Griekenland gewoond, waardoor ik heb geleerd om buiten mijn grenzen te denken. Landen die al lang op mijn verlanglijstje stonden heb ik intussen bezocht en ik hoop in de toekomst nog meer mooie, verre plaatsen en culturen te mogen bezoeken.
Ruim een jaar geleden begon ik aan een andere reis: die van mijn hoofd naar mijn hart. Die werd in gang gezet doordat er mensen op mijn weg kwamen die mij een spiegel voor hielden. “Ik snap eigenlijk niet dat jij ambtenaar bent, ik vind jou veel meer een ondernemer!”, zei een leuke dame die zelf originele, “ech wel” Rotterdamse rondleidingen geeft. Bij een andere gelegenheid kwam ik een oud-collega tegen die bijna onherkenbaar was veranderd sinds zij haar eigen onderzoeksbureau was gestart; ook zeer succesvol en vooral: heel gelukkig. Zonder dat zij het beseften, gaven zij mij als kerstcadeau een paar wandelschoenen en begon ik aan mijn voettocht naar een nog onbekende bestemming.
Het vertrekpunt was mijn hoofd. Dat had altijd prima gewerkt; het kon aardig leren (al deed het dat niet altijd), zag en creëerde kansen, en wist interessante banen te bemachtigen. Voor de maatschappij had ik het goed voor elkaar en daar was mijn hoofd best trots op.
Mijn hart probeerde me intussen iets te vertellen via mijn lijf. Niet slapen was niet zo fijn… maar van gewoon in bed liggen rust je ook uit, zei mijn hoofd. Concentratie- en geheugenprobleempjes hebben met de leeftijd te maken, nog even geduld en alles komt weer goed… Mijn hoofd kan heel knap mezelf en anderen voor de gek houden dus niemand had door dat het eigenlijk niet zo goed met mij ging. Geestelijk en lichamelijk uitgeput zette mijn hoofd uiteindelijk de deur naar mijn hart open. Met (voor noodgevallen…) mijn hoofd in een rugzak ging mijn hart op pad.
De afgelopen tijd heb ik heel wat mooie souvenirs in mijn rugzak mogen stoppen. Fijne opdrachten, aardige mensen en een website met veel bezoekers, van Ooltgensplaat tot Zuid-Scharwoude, van Rotterdam tot Dubai en van Novosibirsk tot San Francisco. Maar waar ik vooral blij mee ben: ik heb een hoop negatieve ballast losgelaten, mijn kerstcadeau kunnen doorgeven aan anderen die voor zichzelf wilden beginnen, ik slaap weer goed, kan weer onthouden wie jíj ook alweer bent, ben een kilo of vijftien lichter en een jaar of tien jonger. Als mijn hart nu aanklopt, luistert mijn hoofd.
Ik dank iedereen die mijn tocht tot nu toe heeft “gesponsord” en hoop nog heel wat paren wandelschoenen te verslijten. Mijn eindbestemming is nog niet in zicht maar ik geniet met volle teugen van de reis er naartoe.
Ieder die dit leest wens ik fijne feestdagen en voor de komende jaren bovenal: een hele mooie reis.
 

“Maar zo doen wij dat niet!”

wildbreien
Dat is de uitspraak waarmee haar dochter en ik een bijzondere vriendin van mij al een poosje goedmoedig plagen. Laten we voor het gemak en de privacy deze vriendin hier Marieke noemen. Marieke en ik kennen elkaar inmiddels ruim 30 jaar en hebben tijdens ons leven een aantal dezelfde (mis)stappen gemaakt die ons een speciale band geven. Zij doet alles op haar eigen, eigenwijze, manier die heel anders is dan die van de meeste mensen, en gaat tegen de stroom in stug door met waar ze mee bezig is. “Maar zo doen wij dat niet” is Marieke ten voeten uit.
De laatste gezamenlijke stap was een mooie: we zijn begin dit jaar allebei voor onszelf begonnen, weliswaar met hele verschillende ondernemingen. Marieke is erg betrokken bij vrouwen in de oude wijken. Vrouwen die niet veel buiten komen, met wie zij met veel liefde projecten doet om er voor te zorgen dat ze zichtbaar worden in de buitenruimte, bijvoorbeeld door bomen in te breien. Ook legt zij met groepjes mensen geveltuintjes aan, waardoor de stad mooier en leefbaarder wordt. Werk dus dat voor de samenleving belangrijk is. In haar vrije tijd voert ze bovendien actie voor vergroening en schone lucht, en behartigt ze de belangen van buurtbewoners.
Marieke werkt heel hard maar is vooral afhankelijk van subsidies. Iedere keer is het weer onzeker of zij financiering krijgt voor een volgende opdracht en gelukkig stelt zij voor zichzelf maar weinig eisen; ik zou niet rond kunnen komen van haar budget.
Zelf heb ik geen geduld voor dat soort werk. Ik ben van de grote lijnen, zorgen dat organisaties met elkaar werken aan een gezamenlijk doel, zaken weer op gang en in een versnelling brengen. Opdrachten verlengen, uitbreiden en nieuwe zien te krijgen; allemaal het liefst met enige dynamiek, want daar krijg ik energie van. Aan het begin van het traject lever ik een offerte in, krijg daarop (als het goed is) een opdrachtbevestiging met een afgesproken tarief en dan ga ik aan de slag, met aan het eind van iedere maand het opsturen van de factuur. Actievoeren laat ik, soms tot mijn schande, over aan “Marieke”.
Samen hebben wij inspirerende gesprekken over het ondernemerschap, de problemen waar wij tegenaan lopen en de grote voldoening die wij uit onze opdrachten halen. We werken allebei hard om onze onderneming te laten slagen, en op onze eigen manier de samenleving een stukje beter te maken.
Maar waarom is er dan zo’n groot verschil in waardering voor ons werk? Waarom moet Marieke soebatten voor een uurtarief waarvoor de gemiddelde schoonmaker zijn bed niet uitkomt, met mensen die wellicht lager zijn opgeleid en minder ervaring hebben dan zij? Omdat zij in een overall door de wijk loopt, in plaats van dat ze in een keurig pak achter een bureau zit?
Wordt het niet eens tijd dat we de Mariekes van de samenleving wat meer gaan waarderen? Zo horen wij dit toch eigenlijk niet te doen?